Oostende krijgt weer een ferryverbinding met Ramsgate, in het Verenigd Koninkrijk.

Drie schepen van Seabourne Freight zullen vanaf maart zes keer per dag op de lijn Oostende-Ramsgate varen. Voorlopig gaat het om een verbinding enkel voor vrachtwagens, maar in de zomer zijn er mogelijkheden dat er ook passagiers en toeristen mogen meereizen vanuit Oostende.

Volgens het havenbestuur gaat het om 60 jobs en is er meer dan een jaar lang onderhandeld met de ferrymaatschappij. Burgemeester Vande Lanotte is blij met de nieuwe klant voor de haven, maar weet ook dat een ferrylijn met Engeland weer transmigranten naar Oostende zal lokken. Ook de cel mensensmokkel van het Brugse gerecht is al extra alert.

Wetenschappers hebben in een Belgisch deel van de Noordzee een bijna intacte Duikboot uit de Eerste Wereldoorlog gevonden. De onderzoekers gaan er bovendien van uit dat de lichamen van de 23 bemanningsleden nog aan boord zijn. Dat maakte de gouverneur van West-Vlaanderen Carl Decaluwé dinsdagochtend bekend.

Het wrak ligt op een maximale bodemdiepte van dertig meter, maar de exacte locatie wordt niet bekendgemaakt, wellicht om avonturiers op afstand te houden. “De duikboot is in zo’n goede staat, dat we ervan uitgaan dat al die lichamen nog aan boord zijn”, klinkt het bij Decaluwé. “In zo’n duikboot zaten standaard 22 bemanningsleden en een commandant.”

Het zou gaan om een duikboot van het type UB-II, een Duits vaartuig uit de Eerste Wereldoorlog. Hoewel de boot in goede staat is, zijn er her en der ook wel beschadigingen te zien op het wrak, vooral aan de boeg. Volgens de onderzoekers zou dat te wijten zijn aan de ontploffing van een contactmijn.

Van de elf bekende gezonken duikboten in de Belgische wateren zou dit het best bewaarde exemplaar zijn.

Boskalis-dochter Dockwise heeft opdracht gekregen voor het transport van de zwaar beschadigde Amerikaanse destroyer ‘USS Fitzgerald’ van Japan naar Pascagoula, Mississippi.

De Nederlandse rederij zet daarvoor het 173 meter lange halfafzinkbare zware ladingschip ‘Transshelf’ in, die 34.000 ton kan heffen. Dat is ruim voldoende voor de torpedobootjager, die 154 meter lang is en ongeveer 9.000 ton weegt. Het Dockwise-schip neemt de Fitzgerald in de loop van het vierde kwartaal in het Japanse Yokosuka aan boord. Een woordvoerder van Boskalis kan niet zeggen hoe lang de zeereis in beslag neemt.

Dockwise voert de klus uit in samenwerking met het in New Orleans gevestigde Patriot Shipping Llc, dat vaak opdrachten voor de Amerikaanse marine uitvoert. Opdrachtgever in dit geval is de Military Sealift Command, de logistieke arm van de Amerikaanse marine.

Lang voor de overname door Boskalis vervoerde Dockwise ooit eerder een Amerikaanse destroyer naar Pascagoula, de befaamde ‘USS Cole’. Die werd in 2000 in Aden (Jemen) met een klein bootje met een enorme hoeveelheid springlading aangevallen door zelfmoordterroristen van Al-Qaeda. De explosie sloeg een gat van meer dan tien meter in de romp van de ‘Cole’ en zeventien opvarenden vonden de dood. De ‘Blue Marlin’ bracht het schip later naar de werf van Northrop Grumman.

De ‘Fitzgerald’ liep twee weken geleden in de Straat van Malakka ten oosten van Singapore bij een aanvaring met een chemicaliëntanker eveneens een groot gat in de romp op. Daarbij vonden zeven opvarenden de dood. Dat was al het vierde ernstige ongeval met een Amerikaanse destroyer van de Zevende Vloot dit jaar. De marine heeft de inzet van deze schepen op een laag pitje gezet en doet onderzoek naar de reeks incidenten. De verantwoordelijke bevelvoerder is uit zijn functie ontheven.

De 'OOCL Hong Kong' mag zich met zijn laadvermogen van 21.413 teu officieel het grootste containerschip ter wereld noemen. Dat is door Guinnes World Records vastgelegd.

'We zijn verheugd dat we opnieuw een record hebben gevestigd', zegt OOCL CEO Andy Tung. In 2003 won de rederij de titel ook al een keer met de 'OOCL Shenzhen' die 8.063 teu kan dragen.
De titel werd bekendgemaakt tijdens de doop van het derde schip uit de serie van zes schepen, die de naam 'OOCL Japan' heeft gekregen. Dit schip vaart nu samen met zusterschepen 'OOCL Hong Kong' en 'OOCL Germany' op de Azië - Europa loop LL1, waarin Rotterdam als eerste Europese aanloop is opgenomen.

Tung zegt dat de timing voor de megaschepen goed is. 'De fundamenten voor economische groei blijven verbeteren dit jaar en we zien tekenen van een sterker herstel door aanzienlijke volumegroei en meer houdbare vrachttarieven in de eerste helft van 2017', zegt hij.

Zoals min of meer gebruikelijk in de containervaart kan een schip de titel 'de grootste' nooit lang vasthouden en dat lijkt ook nu weer het geval. Zowel CMA CGM als MSC zouden schepen van 22.000 teu laten bouwen. Volgens berichtgeving gaat het om respectievelijk negen en elf stuks. De rederijen zelf hebben dit nog niet bevestigd, maar Chinese scheepswerven erkennen orders voor schepen van dit formaat te hebben ontvangen.

Volgens analisten zetten de rederijen met de orders voor deze megaschepen de markt opnieuw onder druk, terwijl er juist net sprake van herstel is. Ook Maersk Line CEO Søren Skou zei dat het momenteel ontbreekt aan goede reden om nieuwe schepen van deze grootte te bestellen. Zelf nam de Deense rederij in april overigens nog de 20.568 teu grote 'Madrid Maersk' in de vaart. De eerste in een serie van elf schepen.

De veertigste editie van de Wereldhavendagen in Rotterdam heeft in totaal ruim 430.000 bezoekers getrokken. Dat zijn er meer dan vorig jaar, toen 380.000 mensen op het evenement afkwamen.

Een woordvoerder van de organisatie schrijft de hoge opkomst vooral toe aan het feit dat de veertigste editie van de havendagen extra feestelijk was, en aan het mooie nazomerweer. 'Niet te koud en niet te warm. De havendagen zijn zonder noemenswaardige incidenten verlopen', zei hij.

Van vrijdag tot en met zondag waren er tientallen activiteiten in en om de haven. Vooral zondag was het druk, maar ook zaterdagavond was er veel belangstelling. De grootste publiekstrekker was het specialeladingschip BigRoll Baffin. Aan boord van dit schip was zaterdag een avondshow met artiesten uit alle windstreken. De Britse jazzfunkgroep Level 42 sloot de avond af.

De Antwerpse gastankerrederij Exmar verkoopt haar dochterbedrijf Belgibo aan het Britse Jardine Lloyd Thomson (JLT).

Belgibo is een Belgische verzekeringsmakelaar met focus op de scheepvaart, krediet-, politieke, luchtvaart- en industriële risico’s, vracht, personeelsbeloningen, bouwnijverheid en zakelijke dienstverlening. JLT is een wereldspeler op het gebied van verzekeringen, herverzekeringen, makelaardij en aanverwante diensten. De voorbije twintig jaar onderhielden beide bedrijven nauwe handelscontacten, waarbij Belgibo als langdurig lid deel uitmaakte van het internationale netwerk van JLT.

De transactie moet de kaspositie van Exmar verstevigen. De meerwaarde die de rederij met de verkoop realiseert, wordt in de bedrijfsresultaten van het derde kwartaal opgenomen. De verkoopprijs zelf wordt niet bekendgemaakt, maar de te boeken meerwaarde zal ongeveer 20 à 30 miljoen euro bedragen, bevestigt Exmar. Voor de medewerkers verandert er niets. Ze behouden ook hun huidige kantoren in het Exmargebouw langs de Schelde.

De haven van Zeebrugge telt momenteel meer dan duizend openstaande vacatures. Om die vlotter in te vullen staat er tot 15 september een 'pop-up' werkwinkel opgesteld op het Stationsplein van Brugge.

Hiervoor hebben de stad Brugge, de Belgische marine, de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling (VDAB) en het havenbedrijf de handen in elkaar geslagen. Adviseurs van de VDAB bekijken er samen met werkzoekenden welke banen het best bij hen passen. Circa 1.500 werkzoekenden ontvingen hiervoor een individuele uitnodiging. Er is vooral vraag naar technici, bedienden en vrachtwagenchauffeurs. Volgens schepen voor werk Minou Esquenet (CD&V) is er een aanbod voor zowel hoog- als laaggeschoolden. De marine zoekt zowat driehonderd nieuwe medewerkers.

Tijdens de 'Vlaamse Havendag', die dit jaar plaatsvindt op 17 september, openen verschillende bedrijven hun deuren en organiseren ze rondleidingen en demonstraties. Er vinden ook enkele workshops plaats.

Op de Westerschelde is deze morgen het 365,50m lange containerschip CSCL Jupiter vastgelopen. Het schip bevind zich in de bocht van Bath.
Er zijn verschillende sleepboten aanwezig om haar los te trekken.
De CSCL Jupiter was op weg van Antwerpen naar Hamburg. Voorlopig mogen er geen grote schepen voorbij komen, kleinere wel.
iets voor 21u was het schip losgetrokken door hulp van meerdere sleepboten
Hier onder een archief foto van de CSCL Jupiter uit 2011 in Rotterdam en een foto van het vastgelopen schip

Departed in Galati (Romania) on 07-28. Estimated arrival in Rotterdam on 08-15.

The first new Type 26 frigate to be built for the Royal Navy will be named HMS Glasgow, it has been announced today.

Defence Secretary Sir Michael Fallon officially began the steel cutting for HMS Glasgow, the first in a new generation of cutting-edge frigates called the City-class.

Glasgow is a name with a distinguished historical pedigree, and this first name in the class provides a tangible connection with the city where the ships will be constructed.

The work will sustain 1700 jobs in Scotland for two decades and, and together the three ships being built under the first contract will safeguard 4000 jobs across the wider UK supply chain until 2035.

HMS Glasgow will enter service with the Royal Navy in the mid-2020s.

First Sea Lord Admiral Sir Philip Jones said: The Clyde was the birthplace of some of the greatest fighting ships the world has ever known, and so cutting steel there today for the future HMS Glasgow is symbolic of a Royal Navy on the rise once again.

As an island nation, we are utterly dependent on the sea for our security and prosperity, and the City-class names have been chosen for the Type 26 to provide an enduring link between the Royal Navy and our great centres of commerce and industry.

The name Glasgow brings with it a string of battle honours, stretching from the Arctic Circle to the South Atlantic. As one of the world's most capable anti-submarine frigates, the Type 26 will carry the Royal Navy's tradition of victory far into the future.

Op 27 Juli word het onder Amerikaanse vlag varende vliegkampschip CVN77 George H W Bush verwacht op de rede van Portsmouth. De CVN77 heeft een bemanning van ruim 5000 koppen en heeft meer dan 90 vliegtuigen an boord. Het is uitzonderlijk om schepen van dit kaliber te zien, en plannen worden nu reeds gemaakt om het schip te gaan fotograferen ...

De Nimitzklasse is een klasse van tien nucleair aangedreven supervliegdekschepen van de United States Navy. Het eerste schip, tevens de naamgever van de klasse, werd in 1975 in dienst gesteld en het laatste in 2010. De schepen zijn met hun waterverplaatsing van maximaal 103.637 ton de grootste oorlogsschepen ter wereld, hoewel die titel op den duur verloren wordt aan de nog in dienst te stellen Gerald R. Ford-klasse. Sinds de buitendienststelling van USS Enterprise in 2012 zijn de Nimitzklasseschepen de enige vliegdekschepen in Amerikaanse dienst. Doordat de schepen nuclear worden aangedreven, hoeven ze maar eens in de 15 jaar (na 800.000 tot 1.000.000 nautische mijl) brandstof te vernieuwen. De schepen hebben een verwachte levensduur van 50 jaar.

Seatrade en CMA CGM gaan samenwerken op een rond-de-werelddienst voor koelcontainers. Daardoor wordt de frequentie van de dienst verhoogd van elke tien naar elke zeven dagen.

De samenwerking betreft een vessel sharing agreement op een nieuwe rond-de-werelddienst voor koelcontainers. Die ontstaat uit een samenvoeging van CMA CGM's Panama Direct line (die Europa, Noord- en Zuid-Amerika en Australië verbindt, red.) en Seatrade's Meridian-service, die begin dit jaar is opgericht.

De nieuwe dienst, die de naam PAD Meridian krijgt, wordt verzorgd door dertien schepen. Zes van Seatrade, zes van CMA CGM en één van de Franse rederij Marfret, die als derde partner in de overeenkomst betrokken is. De schepen kunnen allemaal minimaal zeshonderd reefers meenemen.

De nieuwe dienst zal vanuit Zeebrugge via onder andere Rotterdam en Londen naar de oostkust van de Verenigde Staten varen en vandaar de koers voortzetten naar Centraal-Amerika, de Pacifische eilanden Bora Bora en Nieuw-Caledonië, Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Amerika, om vervolgens via Jamaica en de VS weer terug te keren naar Zeebrugge.

Volgens de partners is PAD Meridian de enige lijndienst die deze dekking biedt op een wekelijkse basis. De huidige Meridian-service van Seatrade kent een frequentie van 10 dagen en de PAD-service van CMA CGM vertrekt momenteel twee keer per maand.

De eerste afvaart van de nieuwe dienst is gepland in oktober dit jaar. De samenwerking moet eerst nog worden goedgekeurd door de betreffende mededingingsautoriteiten.



De volledige havenrotatie zal worden:
Zeebrugge - Londen Gateway - Rotterdam - Duinkerken - Le Havre - New York - Savannah (VS) - Kingston (Jamaica) - Cartagena (Colombia) - Papeete (Bora Bora) - Noumea (Nieuw-Caledonië) - Brisbane (Aus) - Sydney (Aus) - Melbourne (Aus) - Nelson (NZ) - Napier (NZ) - Tauranga (NZ) - Pisco en Paita (Peru) - Kingston - Philadelphia (VS) - Zeebrugge.

De familie Tung heeft de hoofdprijs in de wacht gesleept voor hun rederij OOCL. Cosco's bod van 6,3 miljard dollar ligt ver boven de 'premiumprijs' van 4 á 5 miljard dollar, die eerder was voorspeld.

Toen in januari de eerste geruchten over een overname van OOCL door Cosco naar buiten kwamen stelde Drewry dat een prijs van 50 Hongkongse dollar (HKD) per aandeel 'eerlijk' zou zijn. Alphaliner schatte dat hoger in en sprak van een 'premiumprijs' van 58 dollar per aandeel, wat zou neerkomen op 4,7 miljard dollar. Maar het bod dat Cosco Shipping en de Shanghai International Ports Group (SIPG) zondag formeel hebben uitgebracht ligt met 78,67 HKD veel hoger dan die schattingen. De familie Tung wilde klaarblijkelijk alleen verkopen tegen de hoofdprijs.

OOCL heeft de overname altijd ontkend. In een uitgelekte e-mail schreef CEO Andy Tung eerder dit jaar aan zijn personeel dat hij 'niet op de hoogte van, of betrokken bij, enig bod op OOIL of OOCL' was. Scheepvaartanalist Dirk Visser van Dynamar zei toen al dat ‘een goede overname altijd begint met een stevige ontkenning’.
Visser geloofde net als andere analisten dat voor de kleinere rederijen een verkoop of fusie ‘onvermijdelijk’ is, nu de markt in 2015 en 2016 sterk geconcentreerd is geraakt. 'De grote rederijen zullen hun schaal gebruiken om de vrachttarieven zo laag mogelijk te houden, terwijl zijzelf positieve marges behalen’, zei Visser. Voor een middelgrote speler als OOCL, die voor twee derde van zijn ruim 5 miljard dollar grote omzet afhankelijk is van de grote oost-westroutes tussen Azië, Europa en de Verenigde Staten, zou die druk erg groot zijn.

Cosco Shipping zal volgens het bod 90,1% van de aandelen in bezit krijgen, de Shanghai International Ports Group de overige 9,9%. De partijen hebben afgesproken om OOCL na de overname als onder zijn eigen naam voort te zetten. Daarnaast zegt Cosco toegewijd te blijven aan het ontwikkelen van Hong Kong, de thuisbasis van OOCL, als internationaal scheepvaartcentrum. Ook blijft OOCL's hoofdkantoor in Hongkong staan. 'We respecteren het management van OOIL (het moederbedrijf van OOCL, red.) en diens werknemers, merk en cultuur', zegt voorzitter Wan Min van Cosco Shipping Holdings.
OOCL CEO Andy Tung zegt trots te zijn op het bedrijf dat de familie gebouwd heeft, en het personeel dat daarbij heeft geholpen. 'Dit besluit is goed doordacht en wij geloven dat deze stap helpt om het toekomstige succes van OOIL te verzekeren', zegt hij. Tung noemt Cosco de juiste partner voor zijn bedrijf.

Er is de afgelopen maanden veel gespeculeerd over de overname van OOCL. Veel analisten noemde het bedrijf de 'perfecte bruid'. OOCL staat bekend om zijn goede service en operationele resultaten. OOCL is financieel gezien één van de best presterende containerrederijen. Waar veel van zijn concurrenten al jaren kampen met slechte resultaten en grote verliezen, is OOCL in de laatste tien jaar vrijwel consequent winstgevend geweest, met uitzondering van de crisisjaren 2009 en 2016.
De overname is nog niet volledig rond. De familie Tung die twee derde van OOCL bezit heeft Cosco's bod geaccepteerd, maar de aandeelhouders van Cosco en de betrokken mededingingsautoriteiten moeten de overname nog goedkeuren. Mocht dat gebeuren dan wordt Cosco Shipping Lines met een vloot van 2,9 miljoen teu inclusief orderboek de nieuwe nummer drie ter wereld, ten koste van CMA CGM, die deze plek al vele jaren bezet.

De Tung-familie

OOCL is in 1947 opgericht door Tung Chao Yung (C.Y. Tung), maar de scheepvaartmagnaat heeft meer gedaan dan het oprichten van een succesvolle rederij.
C.Y. Tung is één van de grondleggers van de Chinese scheepvaartindustrie. Zich storend aan de grote stroom van buitenlandse schepen in de Chinese havens pleitte hij in de dertiger jaren van de vorige eeuw als directeur van het toenmalige Tianjin Shipping Company voor het ‘vervoeren van onze eigen goederen met onze schepen’. Hij schreef een plan om de nationale scheepvaartindustrie te reorganiseren en wist in 1934, toen pas 22 jaar oud, meer dan twintig scheepvaartbedrijven te verenigen in de Shanghai-Tianjin Shipping Federation, hetgeen de ontwikkeling van de lokale industrie enorm versnelde.

Twee jaar later maakte Tung opnieuw furore met de oprichting van China Shipping Trust Company waarmee hij private kredietverstrekking introduceerde in de scheepvaart.
In 1947 richtte hij in Shanghai Orient Overseas Line op. Dat jaar werd een droom van hem werkelijkheid toen zijn 10.470 ton wegende stoomschip ‘Tien Loong’ met een volledig Chinese bemanning Europa bereikte en later het eerste Chinese schip werd dat de Atlantische Oceaan overstak.
In 1950 vluchtte Tung naar Hongkong omdat de Communistische Partij de macht in China overnam. In de zestiger jaren had hij een vloot van meer dan 150 tankers, waaronder de 458 meter lange tanker ‘Seawise Giant’ met een laadvermogen van 564.000 ton. Toen eind jaren zestig de containervaart zich echt begon te ontwikkelen veranderde hij Overseas Orient Line in Orient Overseas Container Line. Volgens zijn dochter Alice King Tung Chee-ping was het Tung’s droom om de eerste Chinees te zijn met een containerrederij, ‘met name omdat op de Huangpu rivier in Shanghai alleen maar buitenlandse schepen te zien waren’.

Tung overleed in 1982 en werd opgevolgd door Tung Chee-wah, die later door de Volksrepubliek China als het eerste regeringshoofd van Hongkong werd aangesteld. In 1997 nam zijn broer Tung Chee-chen (C.C. Tung) de rol van bestuursvoorzitter over en die taak vervult hij tot de dag van vandaag. Het dagelijkse bestuur wordt uitgevoerd door zijn neef, CEO Andy Tung. Ter ere van C.Y. Tung heeft zijn dochter in Shanghai een museum over hem opgericht.

Swedisch Orient Line (SOL) vervoerde in de eerste helft van dit jaar 88% meer vracht voor derden op de route Göteborg-Zeebrugge dan in dezelfde periode van vorig jaar.

Deze enorme groei was mede te danken aan de samenwerking met P&O Ferries, zegt SOL. Ook op de andere twee hoofdroutes waarop de reder actief is, was er een sterke vrachtgroei.

Het vervoer tussen het noorden van Finland en Lübeck nam 42% toe. Tussen Noord-Finland en de Noordzeehavens was er een groei van 23%.

De Turkse aandeelhouder Yildirim wil zijn 24% grote belang in CMA CGM verkopen om geld op te halen voor de overname van Ports America, een Amerikaanse terminaloperator.

Het Turkse investeringsbedrijf heeft China Citic Bank ingeschakeld om kopers te vinden in Azië of de landen rond de Perzische Golf. Dat zegt voorzitter Yuksel Yildirim in een interview met Bloomberg. Investeringsbanken hebben de waarde van het aandeel beraamd op 2,5 tot 3 miljard dollar, gelet op recente deals in de industrie. Yildirim kocht het aandeel voor een bedrag van 600 miljoen dollar gedurende een periode in 2010 en 2011.

Yildirim wilde het belang in 2015 al terugverkopen aan de familie Saadé, die een meerderheidsbelang in de rederij heeft. Die wilden daar op dat moment echter niets van weten. Mogelijk heeft dat te maken met de overname van het Singaporese NOL destijds, die CMA CGM eind 2015 bekend maakte. Yildirim zegt nu zijn investering 'compleet te willen verlaten of aan te blijven als gewone aandeelhouder.'

Met de verkoop van het belang wil Yildirim geld ophalen voor de acquisitie van America Ports Holding, de grootste onafhankelijke Amerikaanse terminaloperator die 42 locaties langs de Atlantische en Golfkust bezit. Dit overslagbedrijf is nu nog in handen van Oaktree Capital Group, middels diens investeringsvehikel Highstar Capital. Yildirim wil America Ports tegen 2025 hebben uitgebouwd tot één van de tien grootse containeroverslagbedrijven wereldwijd.

Het bod op America Ports wil het bedrijf uitbrengen via de eigen terminaloperator Yilport, die in totaal achttien terminals heeft in Ecuador, Peru, Malta, Spanje, Portugal, Noorwegen, Zweden en Turkije.

Yildirim Holding is als investeerder onder andere actief in de bouw, vastgoed, energie, chemicaliën en transport en haveninfrastructuur. Tegen Bloomberg zegt de voorzitter ook de helft van zijn belang te willen verkopen in een kolenmijnproject, dat een totale waarde heeft van vijf miljard dollar.

Op sociale media wordt al druk gespeculeerd over een mogelijke koper voor het belang. Scheepvaart- en havendeskundige Olaf Merk ziet een mogelijkheid voor Cosco om CMA CGM geleidelijk over te nemen en de grootste containerrederij te wereld te worden. Volgens geruchten is Cosco een bod op OOCL aan het voorbereiden, maar consultancybureau Alphaliner noemde die claim deze week 'ongefundeerd'.

The Royal Navy's largest ever warship today put to sea for the first time to commence sea trials off the coast of Scotland. In a delicate operation lasting nearly four hours, HMS Queen Elizabeth moved from the basin at Rosyth where she has been under construction since 2014, and into the Forth estuary. There she will wait until ready to pass beneath three iconic Forth crossings – two road, one rail – and begin six weeks of sea trials in the North Sea.

More than 700 sailors, led by Commanding Officer Captain Jerry Kyd, and 200 industry contractors have sailed with the 65,000-tonne aircraft carrier on her maiden voyage. They will test her engines and propulsion systems, plus her ability to produce fresh water, cope with sewage, feed the crew, and supply those on board with electricity.

There were just 35cm either side of the gigantic hull as the carrier squeezed through the lock at Rosyth, and a mere 50cm separated the keel from the lock bottom as 11 tugs assisted Queen Elizabeth into the Forth. That delicate manoeuvre, practised more than 30 times in simulators, took place at high tide. Leaving the estuary must take place around low tide – and even then the pole mast must be lowered at a 60-degree angle to allow the carrier to fit under the rail bridge.

"This is a hugely significant moment for the Royal Navy, for all our Armed Forces – and for our island nation. Once in service, Queen Elizabeth will be the largest aircraft carrier in the world outside the United States," said First Sea Lord Admiral Sir Philip Jones. "There is still much work to do between now and then, but be in no doubt: a new era of British maritime power is about to begin."

The carrier’s departure is one highlight of a national effort which has involved more than 10,000 people across the land – not least six shipyards – devouring 51,000,000 man hours. Now, says Capt Kyd, the moment has come to see how the ship handles in the real world. "There are very exciting times ahead," he said. "To see her just as a ship is too simplistic. HMS Queen Elizabeth is a mobile four-and-a-half-acre airfield. "What that means to the UK's defence is that she’ll be deployed around the world, a very flexible asset used by all three Services.

"There is an absolute and compelling reason to have aircraft carriers. We are an island nation, absolutely dependent on trade by sea – and law and order on the world’s sea routes. " If you are an outward-facing nation like global Britain, an aircraft carrier sends a real message to allies – and potential enemies – that we mean business."

De aanhoudende problemen op de terminal van DP World in het Deurganckdok hebben vrijdag een hoogtepunt bereikt. Door computerproblemen werd de terminal de hele voormiddag gesloten. Daardoor konden truckers hun container niet ophalen of afzetten en ontstonden enorme wachttijden.
“Nooit meegemaakt”, zuchtte een topbedrijf vrijdagmiddag. “Geen enkele terminal werkt naar behoren, maar bij DP World is het nu echt de catastrofe. Het is daar al maanden een ramp. Niet alleen voor de transporteurs, maar ook voor de binnenvaart. Het werkt daar gewoon niet. De wachttijden lopen onwaarschijnlijk hoog op en de terminaluitbaters – niet alleen DP World – verwachten dat wij de kosten daarvan dragen.”

“Systeemproblemen”

Al kort na 7u liet de directie van de Antwerp Gateway – de terminal van DP World aan het Deurganckdok – weten “ernstige systeemproblemen te hebben aan de landzijde”. Maar rond 8u zou alles in orde zijn. Keer op keer werd een ‘reset’ geprobeerd, maar rond 8.30u moest de terminal meedelen dat de poorten tot de middag zouden worden gesloten. Honderden vrachtwagens – al ter plaatse of onderweg, maar netjes aangemeld – werden daardoor geconfronteerd met eindeloze wachttijden. Op de redactie liepen er tientallen mails van woedende truckers en transporteurs binnen met foto’s van tickets die de verwachte wachttijden gaven: 350 minuten, 530 minuten en als absolute topper een vrachtwagenchauffeur die te horen kreeg dat hij nog 746 minuten geduld zou moeten hebben. Of 12,5 uur, meer dan een werkdag.

Misnoegde transportfirma’s zeiden dat ze wegens “de aanhoudende/verslechterde situatie op kaai 1700 hadden beslist voorlopig alle transporten van of naar kaai 1700 on hold te zetten”. “Wij krijgen geen mensen meer gemotiveerd om dit werk uit te voeren.” Interne mails waren overduidelijk: “We gaan vandaag niet meer afzetten en ophalen op kaai 1700.” “We hebben net al onze trucks voor 1700 teruggeroepen.” “Dit is niet meer houdbaar. De wachttijden lopen momenteel op tot drie uur en langer.”

“De maat is vol”

Tal van transporteurs kondigden aan dat ze voortaan alle uren boven één uur wachttijd aan hun klanten zullen doorrekenen.

In een mededeling kondigden de vakorganisaties van de transporteurs even later aan dat “de maat vol is”, want elk uur wachten kost gemiddeld zowat 77,98 euro en “de onderhandelingen met DP World hebben weinig soelaas gebracht”. Febetra, TLV en UPTR riepen hun leden op om “de wetsbepaling dat niet onder de kostprijs mag worden gewerkt, na te leven. Met andere woorden: de uren aan te rekenen.

Ook de Antwerpse expediteurs, verenigd in VEA, reageerden heftig. “Met een overleg op 27 juni poogt men ons even te sussen”, aldus voorzitter Johan Proost. “De wachttijden lopen op tot 500 minuten. Ook vorige week en donderdag waren er al problemen. Dit schaadt de reputatie van de haven enorm. Deze kosten mogen noch op de expediteurs, noch op de transporteurs worden afgewenteld.”

Het Amerikaanse oorlogsschip USS Fitzgerald is voor de Japanse kust gebotst tegen een containerschip ACX Crystal IMO:9360611 uit de Filipijnen. Dat meldt de Amerikaanse Navy in een persbericht. De Zevende Vloot van de marine onderzoekt momenteel “de ernst van de verwondingen” bij de opvarenden en de opgelopen schade, aldus de Amerikaanse media. Volgens de Japanse media zouden zeven bemanningsleden van het Amerikaanse schip vermist zijn, en raakte één persoon gewond.

De botsing tussen de destroyer en het Filipijnse schip gebeurde zaterdag om 02.30 plaatselijke tijd (vrijdag 19.30 uur Belgische tijd), op zowat 56 nautische mijl (100 kilometer) ten zuidwesten van Yokosuka. De Navy heeft de hulp ingeroepen van de Japanse kustwacht.

Geen van de schepen riskeert te zinken, aldus het Japanse persagentschap Kyodo. Een bron binnen het leger liet weten dat het de USS Fitzgerald niet op eigen kracht kan varen, en dat er sleepboten worden ingezet, aldus CNN. De Japanse televisiezender NHK meldt ook dat de destroyer onder de waterlijn beschadigd raakte.

De Japanse kustwacht heeft bevestigd dat zeven mensen nog vermist zijn, en zeker een persoon gewond raakte. Hij raakte gewond aan het hoofd, maar over zijn toestand is geen informatie bekend. Hij werd geëvacueerd met een helikopter.

De USS Fitzgerald, een raketafweerschip dat sinds 1995 dienst doet, is gestationeerd in Yokosuka, aldus CBS News. Zijn bemanning bestaat uit ongeveer 23 officiers, 24 onderofficiers en 291 leden van de Navy. Volgens CNN werden aan het schip in februari nog voor 21 miljoen dollar aan renovatie- en herstellingswerken afgerond.

artikel en video Vrt:klik hier

Van 29 mei tot 14 juni werd door ABNL (Admiraal Benelux) voor de Belgische kust testen georganiseerd met onbemande mijnenbestrijdingsystemen. Dit kadert in de vervanging van de mijnenbestrijdingscapaciteit van de Marine Component en van de Koninklijke Marine.

Tijdens een NAVO-studie in de jaren '90 werd er gekeken wat de grote tekortkomingen waren in de bestaande systemen. Opvallend was dat de detectie van mijnen moeilijker werd waardoor de afstand tussen de detecterende sensoren en de mijn drastisch verkleinde. Volgens het Belgisch-Nederlands Next Generation concept moeten in de toekomst de sensoren losgekoppeld worden van het lanceerplatform om sneller, efficiënter en vooral veiliger te kunnen optreden. Enkel hierdoor breng je de mensen en het platform verder weg van de dreiging (mijn).

Georiënteerd naar toekomstige technologieën, wil de Marine haar mijnenbestrijdingscapaciteit vervangen door autonome systemen, om de operationele prestaties en de veiligheid van het personeel te verbeteren.

Gedurende die 15 dagen vonden er eerst testen plaats op verschillende soorten onbemande onderwater- en oppervlakte drones van diverse bedrijven uit verschillende continenten.

De doelstelling is het testen en evalueren van de diverse autonome systemen ingezet in onze economische zone. De testen werden dusdanig geprogrammeerd om kritisch een evaluatie te maken van de maturiteit van deze autonome mijnenjaagsystemen anno 2017.

De bedoeling is zeker en vast niet om de deelnemende systemen te vergelijken laat staan de voorkeur geven aan een welbepaald systeem. Uiteindelijk zullen de resultaten van die testen de mogelijkheden ondersteunen voor het toekomstig “stand-off” concept MCM.

Op 15 en 16 juni volgde in de marinebasis van Zeebrugge, de “Technology and Industry days”. Gedurende deze tweedaagse werden talrijke presentaties en demonstraties van die systemen voorgesteld en was Zeebrugge het epi centrum van de nieuwste mijnenjaagtechnieken.

One of the Royal Navy's largest warships is returning to sea after being in extended readiness in Devonport for almost six years. HMS Albion is in the final stages of completing an extensive 90 million mid-life technical upgrade.

In late 2011 the ship was placed at extended readiness, following the decision by the UK Government in the Strategic Defence and Security Review to operate one of two amphibious ships at any one time.

In 2015 Babcock Marine began work on the ship's rejuvenation. In one of Devonport's largest dry-docks Albion rested temporarily whilst her hull was inspected, and major invasive structural work and re-preservation of the paint scheme was undertaken.

Twelve months later, she was refloated and moved to the non-tidal basin at which point the propulsion and weapon systems were brought alive.

In January of this year 350 sailors and royal marines of her ships company moved back on board and in March the ship was moved to her home berth at Weston Mill.

The capability improvements are significant and necessary and will allow the ship to serve well into 2030s. During the refit 110 improvements have been made.

The most significant being the state-of- the-art Phalanx defensive Close in Weapon System, a new propulsion cooling system to allow the ship to operate more effectively in warmer climates, upgraded surveillance radar and combat system computer brain to manage all the weapons and systems.

The ship's Captain, Tim Neild, said: "My crew and I are extremely proud to take HMS Albion back to sea. The ship looks amazing and is a credit to Babcock Marine, the Defence Equipment and Support organisation and the plethora of defence contractors."

"Becoming the UK's very high readiness amphibious ship is tantalisingly close and we very much look forward to getting stuck in to the trials programme and rejoining the front line fleet."

Babcock Project Manager James Morton said: "It's been fantastic to see Albion grow over the past two years into the advanced and sophisticated warship that she is now.

"Babcock and all of the team are immensely proud of the project and we wish the Captain and all the crew every success and look forward to continuing our support to the Royal Navy."

HMS Albion now undertakes an intensive sea trials package to confirm performance of all her systems, followed by operational sea training. The ship is scheduled to sail from Devonport Naval Base at the end of the week.